Mevrouw Algoe werkt drie dagen in de week in de ouderenzorg. Anders dan haar dochter krijgt ze ervoor betaald. Ze heeft altijd gewerkt, omdat ze veel waarde hecht aan haar zelfstandigheid. En ze is gewoon lekker bezig. Haar dochter Siske heeft deze eigenschappen duidelijk van haar moeder overgenomen.
Siske (links op de foto) ging naar een normale kleuterschool. Met vier jaar stopte ze alles in haar mond. Toen begonnen de onderzoeken en kreeg ze medicijnen voor controle en focus. “We probeerden van alles, van huisarts tot ziekenhuis. Het duurde ruim een jaar maar ze vonden niets. Een periode van veel onzekerheid. Siske ging naar een school voor moeilijk lerende kinderen. Gelukkig maakt ze makkelijk contact. Maar lezen en schrijven kan ze niet.”
Schuld- en verantwoordelijkheidsgevoel
De bevalling duurde heel lang. “Ik denk dat het daardoor komt, maar ik weet het natuurlijk niet zeker. Ik voelde me schuldig en heb me lang afgevraagd wat ik verkeerd heb gedaan. Mijn eerste twee kinderen zijn wel ‘normaal’. Door het schuldgevoel heb ik me altijd extra verantwoordelijk gevoeld voor Siske. Ik wilde er voor haar zijn. Maar ja, ik moest natuurlijk ook gewoon werken.”
Omdat Siske in principe alles kan, draaide ze goed mee in het gezin. Maar op een dag overleed een tante plotseling. Ze had kleine kinderen en dat zette mevrouw Algoe aan het denken: “Wat gebeurt er met Siske als mij zoiets overkomt? Toen ben ik gaan zoeken naar een eigen en fijne plek voor haar.” Via de huisarts kwam ze terecht bij een maatschappelijk werker van wie ze een lijst met adressen kreeg waar Siske terecht kon. De keuze voor Middin, destijds Johannes Paulus de 23ste, kwam voort uit het feit dat er veel leeftijdsgenoten waren. Siske was toen 21 jaar. “Ik wilde haar niet tussen een stel ouderen zetten.”
“We zijn nog altijd vaak samen met het gezin. Siske komt regelmatig met haar broer en zus bij mij op bezoek voor een kop koffie, een verjaardag of om te helpen in de tuin. We halen haar op en brengen haar thuis. En ik ga met haar naar de dokter en het ziekenhuis.”
Ondanks bezuinigingen een fijn gevoel
Mevrouw Algoe is blij met de zorg die Siske krijgt. Siske zit lekker in haar vel en heeft een eigen thuis gecreëerd met fijne mensen om haar heen. Ook over haar ontwikkeling is mevrouw Algoe tevreden. “Iedereen die Siske kent, weet dat ze niet op haar mond is gevallen. Dat heeft ze op school moeten leren hoor: om van zich af te bijten en woorden te krijgen om zich uit te drukken. Ze is ook heel behulpzaam op het trefpunt, van tafel dekken tot de vaatwasser uitruimen. Eigenlijk meer dan haar vaste taken. Dat verantwoordelijkheidsgevoel heeft ze van mij. En vervolgens ergert ze zich eraan dat anderen niet ook zoveel doen als zij. Als ze daar dan wat van zegt, bemoeit iedereen zich ermee. Dat is het lastige van altijd mensen om je heen hebben op het trefpunt. Ze zegt dan: Ik bemoei me toch ook niet met jullie? Bemoei je dan ook niet met mij”.
“Ik ben ontzettend trots op haar. Ze blijft leren en is creatief en sociaal. Omdat ze alles zelf kan merk je niets aan haar. Maar dat betekent niet dat ze geen hulp nodig heeft. Hier kan ze haar zelfstandigheid behouden terwijl er altijd begeleiding in de buurt is. Dat geeft mij een fijn en gerust gevoel. Natuurlijk merk ik dat er steeds meer bezuinigd wordt op de zorg. Maar Siske is blij met alle tijd die ze krijgt van de begeleiding. En ik weet: hier komt het goed met haar.”
Auteur: Denise van Iersel